Senegalese fotograaf Malick Welli: ‘Ik wil er voor zorgen dat herinneringen collectief blijven’

Malick Welli (i.s.m. Charlotte Brathwaite), Forgotten Paradise 2 (2021)

Interview

Malick Welli, Fotograaf Fotograaf Malick Welli, te zien in het Afrika Museum in Berg en Dal, is een van de sterren van Senegalese kunstscene. Zijn foto’s gaan over de zwarte identiteit: „Racisme is onwetendheid”.

Zijn geschiedenis is er één van gewiste sporen, zegt de Senegalese fotograaf Malick Welli (32). Of althans, pogingen daartoe. Neem religie. Ruim negentig procent van de Senegalezen is vandaag de dag moslim. Nog eens vijf procent is christen. „Maar je zou kunnen zeggen dat wij Afrikanen God al kenden voor deze geïmporteerde religies”, zegt Welli, die zelf opgroeide in een „hyper religieus” islamitisch gezin.

„Voor onze voorouders was de natuur onze God. Toen kwamen de (Abrahamistische) religies. Die probeerden deze waarden uit te wissen. Een deel hebben we weten te behouden. We moeten die geschiedenis blijven meedragen in ons dagelijks leven. Dat is waar mijn werk over gaat: ervoor zorgen dat de herinnering collectief blijft.”

In de tien jaar sinds Welli zijn werk als projectmanager inruilde voor dat van fotograaf, groeide de autodidact uit tot een van de sterren van de Senegales kunstscene. Op de biënnale in Dakar, al jaren Afrika’s grootste kunstevenement, is Welli inmiddels een vaste naam. Bij de laatste editie in de zomer van 2022 vormde een project met zijn vrouw, maker en regisseur Charlotte Brathwaite, een hoogtepunt.

Malick Welli (in samenwerking met Charlotte Brathwaite), Forgotten Paradise 3 (2021)

Ook buiten Senegal is zijn ster rijzende. Welli’s werk, bijna filmische portretten die zich kenmerken door een sterke mise en scène, werd geëxposeerd van New York tot Lagos. Recent werd hij ook opgemerkt door het Franse modehuis Chanel, die Welli’s foto’s en installaties deel liet uitmaken van hun expositie in Dakar en nu in Parijs, in haar atelier 19M.

Malick Welli, Zonder titel 1 (uit de Idol series, 2017-2021) Courtesy of the artist

De afgelopen weken was Welli in Nederland. In eerste instantie ter ondersteuning van Brathwaite, die een stuk regisseerde voor het Holland Festival in Amsterdam. „Nu is ze met mij mee”, lacht Welli op een Hilversums terras.

Hun terugkeer heeft alles te maken met een nieuwe tentoonstelling in het Afrika Museum in Berg en Dal. In Schitterend Licht is samengesteld door de Nigeriaanse curator Azu Nwagbogu, die moderne werken uit de bestaande collectie van het museum combineerde met die van hedendaagse kunstenaars als Welli, van hem gaat het om twee werken uit zijn serie Idol.

Intiem gebed

Het is Welli ten voeten uit. De manshoge portretten in zwart-wit tonen een jongen en een oudere man, gekleed in traditioneel witte gewaden. Op één deel zie je een intiem moment waarop de man in gebed is, zijn handen bij zijn oren gevouwen. Op de ander kijkt de jongen hen bijna vragend aan, zijn hand plechtig op zijn hart.

„Mijn werk bespreekt en interpreteert culturele en historische waarden; en de identiteit van l’homme noire”, zegt Welli. „Idol gaat over de plek van de zwarte man in de islam. De zwarte man werd altijd als slaafgemaakte gezien, terwijl hij in alle religies een belangrijke plaats heeft ingenomen.”

Malick Welli, Anonym(us) 8 (uit de Anonym(us) series, 2021)

Welli, die zijn onderwerpen eerst eindeloos researcht en uitdenkt („fotograferen is het meest vluchtige deel van mijn werk”), vertelt over Bilal ibn Rabah, die geldt als een belangrijke metgezel van de profeet Mohammed. „De eerste zwarte figuur in de Islam. Hij was de eerste muezzin, degene die mensen opriep tot gebed.”

Of neem de Amerikaanse burgerrechtenstrijder Malcom X, zegt Welli, de „‘X’ die hij zichzelf aanmat, stond voor de Afrikaanse naam die zijn familie in de slavernij was ontnomen. „Beiden zijn emblematische figuren binnen de islam”, zegt Welli. „Maar in het Midden-Oosten zien ze dat niet, daar zie je hoe er nog steeds naar zwarte mensen wordt gekeken.”

Hout

Racisme is onwetendheid, stelt de fotograaf. „Het betekent dat je de geschiedenis niet kent. Of niet wilt kennen.”

Zijn werk is geen persoonlijke zoektocht, zegt Welli. Maar het raakt wel aan zijn identiteit. Religie en spiritualiteit waren thuis alles overheersend. Zijn vader was een spiritueel gids, iemand tot wie mensen uit de gemeenschap zich keerden voor advies, maar ook voor heling. Daarvoor keerde hij zich op zijn beurt tot de natuur, tot bomen en planten. „Het is een erfenis die ik van mijn familie heb meegekregen. Dat zie je terug in mijn fotografie.”

Tijdens de pandemie verruilde Welli zijn huis in Dakar voor de zuidelijke, bosrijke Casamance regio, waar zijn vader decennia geleden een eigen dorp stichtte. Daar kwam de fotograaf in contact met de Manjak, een etnische gemeenschap „doordrenkt van voorouderlijke, animistische tradities”. „Elke Manjak-familie heeft bijvoorbeeld een stuk hout in huis dat een godin voorstelt. Als ze iets nodig hebben, dan keren ze zich tot dit stuk hout.”

Dat raakte hem en dit leidde tot de serie Anonym(us), waarvoor hij zijn modellen van top ton teen liet inwikkelen in door de Manjak gemaakte stoffen tot zij veranderden in levende sculpturen die hij in de natuur fotografeerde. Voor hem zijn al zijn series en beelden een onderzoek, zegt de fotograaf. „Naar dat wat echt van ons is.”